Uitspraak
18 250 PW
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 30 juni 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. De appellante ontving bijstand van 18 oktober 2000 tot 17 mei 2015, maar heeft nagelaten te melden dat zij sinds 1 februari 2012 een Pools pensioen ontving. Het college van burgemeester en wethouders van Dongeradeel heeft de bijstand beëindigd en de gemaakte kosten van bijstand over de periode van 1 februari 2012 tot en met 16 mei 2015 teruggevorderd, omdat appellante haar inlichtingenverplichting had geschonden.
De Raad heeft vastgesteld dat appellante in de te beoordelen periode maandelijks een Pools pensioen heeft ontvangen, wat volgens de Participatiewet (PW) als inkomen moet worden gemeld. Appellante stelde dat zij het pensioen tijdig had gemeld, maar de Raad oordeelde dat uit de stukken niet bleek dat zij het college op de hoogte had gesteld van de toekenning en uitbetaling van het pensioen. Het college was wel op de hoogte van haar pogingen om het pensioen te verkrijgen, maar dat ontsloeg appellante niet van haar meldingsplicht.
De Raad concludeerde dat het college terecht de bijstand heeft herzien en de kosten heeft teruggevorderd. Het hoger beroep van appellante werd afgewezen, evenals haar verzoek om schadevergoeding. De uitspraak bevestigde de eerdere beslissing van de rechtbank en benadrukte het belang van het naleven van de inlichtingenverplichting.