ECLI:NL:CRVB:2020:1289
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Terugvordering voorschot bij afgewezen aanvraag om bijstand zonder dringende redenen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 23 juni 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Rotterdam. De appellant had aanvragen om bijstand ingediend, waarop het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam een voorschot had toegekend van € 1.800,60. Na afwijzing van de aanvragen heeft het college het verstrekte voorschot teruggevorderd. De rechtbank verklaarde het beroep tegen dit besluit ongegrond, waarna de appellant in hoger beroep ging. Appellant voerde aan dat het college van terugvordering af moest zien vanwege zijn financiële situatie en gezondheidsklachten, waaronder een diagnose van kanker. De Raad overwoog dat het college het beleid hanteert om terugvordering te effectueren, tenzij er dringende redenen zijn om hiervan af te wijken. De Raad concludeerde dat appellant niet aannemelijk had gemaakt dat zijn situatie zodanig was dat er sprake was van onaanvaardbare sociale of financiële gevolgen. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat het bestreden besluit in overeenstemming was met het beleid van het college. Er was geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.