Uitspraak
18.646 AW
21 december 2017, 17/551 (aangevallen uitspraak)
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 14 maart 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. De appellant, werkzaam bij de politie, had hoger beroep ingesteld tegen het besluit van de korpschef dat hem geen dienstauto meer ter beschikking zou worden gesteld op basis van de Tijdelijke regeling overgangsbeleid. De Raad oordeelde dat de regeling niet onredelijk was en dat de appellant niet onevenredig in zijn belangen werd getroffen. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de termijn van drie maanden voor het inleveren van de dienstauto niet onredelijk kort was, gezien het feit dat de appellant al langere tijd op de hoogte was van de mogelijke beëindiging van het gebruik van de dienstauto. De Raad bevestigde deze uitspraak en oordeelde dat er geen aanleiding was voor toepassing van de hardheidsclausule, aangezien de appellant niet in een bijzondere situatie verkeerde die niet was voorzien bij de totstandkoming van het beleid. De Raad concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en bevestigde de aangevallen uitspraak van de rechtbank.