In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 18 december 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. De appellant had een aanvraag ingediend op basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 voor een maatwerkvoorziening voor vervoer. Het college van burgemeester en wethouders van Appingedam had op basis van medische adviezen van SCIO Consult besloten om appellant een pas voor de regiotaxi toe te kennen, maar met de beperking dat hij alleen vervoer kon krijgen en niet per eigen auto mocht reizen. Appellant was het niet eens met dit besluit en had bezwaar aangetekend, maar het college verklaarde het bezwaar ongegrond. De rechtbank bevestigde dit oordeel, waarop appellant in hoger beroep ging.
De Raad heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen, waaronder de medische adviezen van SCIO van 30 augustus 2015 en 4 maart 2016. De Raad oordeelde dat er geen reden was om aan de zorgvuldigheid of de conclusies van deze adviezen te twijfelen. Appellant had in hoger beroep geen nieuwe medische stukken overgelegd die zijn stelling dat hij aangewezen was op eigen vervoer konden onderbouwen. De Raad concludeerde dat het college zich op de adviezen van SCIO mocht baseren en dat de eerdere uitspraak van de rechtbank terecht was. Het hoger beroep van appellant werd afgewezen en de aangevallen uitspraak werd bevestigd. Er werd geen veroordeling in de proceskosten uitgesproken.