ECLI:NL:CRVB:2019:2020
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- A. Stehouwer
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens gebrek aan procesbelang na intrekking van maatregel en nabetaling bijstand
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 25 juni 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Rotterdam. Appellant had hoger beroep ingesteld tegen de niet-ontvankelijkverklaring van zijn bezwaar door het college van burgemeester en wethouders van Nissewaard, dat de bijstandsverlening van appellant had verlaagd. De Raad heeft vastgesteld dat het college de maatregel inmiddels had ingetrokken en appellant een nabetaling van € 962,63 had ontvangen, inclusief wettelijke rente van € 28,87. Hierdoor was er geen procesbelang meer voor appellant, aangezien het resultaat dat hij met het hoger beroep nastreefde, reeds was bereikt. De Raad heeft geconcludeerd dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is, omdat appellant slechts een principieel belang had en geen voldoende procesbelang kon aantonen. De Raad heeft bepaald dat het college het griffierecht van € 169,- aan appellant dient te vergoeden, maar heeft geen veroordeling in de proceskosten uitgesproken. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter en de griffier.