Uitspraak
17.3056 WIA
7 maart 2017, 16/427 (aangevallen uitspraak)
drs. J.C. van Beek.
OVERWEGINGEN
12 maart 2012 is zij voor deze werkzaamheden uitgevallen. Op 27 maart 2012 is appellante prematuur bevallen van een dochter. In aansluiting op zwangerschaps- en bevallingsverlof is appellante op 18 juli 2012 ongeschikt gebleven voor het verrichten van haar arbeid door depressieve klachten, angst en vermoeidheid verband houdend met de traumatisch en gecompliceerd verlopen bevalling en de nadien gebleken gezondheidsproblemen van haar dochter. Op 8 april 2015 heeft appellante een uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) aangevraagd.
30 juni 2015 een kennelijke misslag behelst, die de Raad zal lezen als 29 juni 2014. Anders dan appellante stelt, is in die kennelijke misslag geen reden gelegen haar per 29 juni 2014 een WIA-uitkering toe te kennen.
29 juni 2014 evenmin behandeling had gezocht. Eerst in oktober 2015 is appellante door de huisarts naar een neuroloog verwezen in verband met tintelingen in de handen.