ECLI:NL:CRVB:2018:4215
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vergoeding medische kosten in Duitsland wegens niet nageleefde toestemmingsprocedure
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 20 december 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep over de afwijzing van een verzoek om vergoeding van medische kosten in Duitsland door het CAK. De appellante, als erfgenaam van haar vader, had verzocht om vergoeding van kosten voor chemo-embolisatie die in Duitsland had plaatsgevonden. Het CAK had het verzoek afgewezen op basis van het feit dat er sprake was van geplande zorg en dat er vooraf geen toestemming was gevraagd voor de behandeling. De Raad oordeelde dat de vader van appellante, die in België woonde en recht had op zorg ten laste van Nederland, inderdaad naar Duitsland was gegaan voor geplande zorg. De Raad benadrukte dat volgens de Europese regelgeving, met name Verordening (EG) nr. 883/2004, voorafgaande toestemming vereist is voor behandelingen die buiten de woon- en pensioenstaat plaatsvinden. De Raad concludeerde dat de behandelingen waarvoor vergoeding was gevraagd, niet onder de wettelijke verzekering vielen in België, Duitsland of Nederland, en dat het CAK terecht het verzoek om vergoeding had afgewezen. De uitspraak van de rechtbank Amsterdam werd bevestigd, en er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.