ECLI:NL:CRVB:2018:394
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M. Greebe
- D. Hardonk-Prins
- C.W.J. Schoor
- Rechtspraak.nl
Weigering WAZ-uitkering wegens niet-verzekerd zijn op eerste arbeidsongeschiktheidsdag
In deze zaak heeft appellant, die sinds 1997 lijdt aan PTSS en depressieve klachten, een WAZ-uitkering aangevraagd. Hij claimde 1 september 1997 als zijn eerste arbeidsongeschiktheidsdag, maar het Uwv heeft vastgesteld dat hij op die datum niet verzekerd was voor de WAZ. Het Uwv heeft in 2014 besloten dat appellant met ingang van 31 augustus 1998 geen recht had op een uitkering, omdat hij minder dan 25% arbeidsongeschikt was. Appellant heeft bezwaar gemaakt, maar het Uwv heeft dit ongegrond verklaard en de rechtbank heeft de beslissing van het Uwv bevestigd. Appellant heeft in hoger beroep aangevoerd dat hij in 1997 al psychische problemen had en dat de rechtbank ten onrechte geen deskundige heeft ingeschakeld. De Centrale Raad van Beroep heeft geoordeeld dat de rechtbank terecht heeft overwogen dat er onvoldoende bewijs is dat appellant in de periode van 1997 tot 2004 arbeidsongeschikt was. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het verzoek om schadevergoeding af.