ECLI:NL:CRVB:2018:3790
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake proceskostenvergoeding in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam, waarbij de rechtbank het bestreden besluit van het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam heeft vernietigd. Het college had op 10 oktober 2016 de aanvraag van appellant om opvang op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 afgewezen. Het bezwaar tegen dit besluit werd door het college ongegrond verklaard in een besluit van 27 juni 2017. De rechtbank oordeelde dat het bestreden besluit onvoldoende zorgvuldig tot stand was gekomen, omdat het college zonder nader onderzoek had geconcludeerd dat appellant zelfredzaam was en dat er een schending van de hoorplicht was. De rechtbank heeft de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand gelaten, omdat appellant geen recht op opvang had.
Appellant heeft hoger beroep ingesteld, maar richt zich uitsluitend tegen de veroordeling in de proceskosten. Hij stelt dat de rechtbank het college ook had moeten veroordelen in de kosten van het bezwaar, omdat de rechtbank had overwogen dat het college niet zonder nader onderzoek kon oordelen dat appellant zelfredzaam was. Het college betwist dit en stelt dat de vernietiging van het bestreden besluit niet kan leiden tot een proceskostenvergoeding voor de bezwaarfase, omdat de rechtsgevolgen van het bestreden besluit in stand zijn gelaten.
De Centrale Raad van Beroep heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat volgens artikel 7:15, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kosten in verband met de behandeling van het bezwaar alleen vergoed worden als het bestreden besluit wordt herroepen wegens aan het bestuursorgaan te wijten onrechtmatigheid. Aangezien het bestreden besluit het bezwaar ongegrond heeft verklaard en de rechtbank de rechtsgevolgen in stand heeft gelaten, is er geen sprake van herroepen in de zin van de Awb. De Raad concludeert dat het hoger beroep niet slaagt en bevestigt de aangevallen uitspraak, voor zover aangevochten. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.