ECLI:NL:CRVB:2018:3249
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- A. Stehouwer
- E.C.R. Schut
- E.C.G. Okhuizen
- Rechtspraak.nl
Afwijzing bijstandsaanvraag wegens onvoldoende gegevens en inlichtingenverplichting
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 23 oktober 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De appellant had op 30 juli 2015 een aanvraag voor bijstand ingevolge de Participatiewet (PW) ingediend, maar het college van burgemeester en wethouders van Den Haag had deze aanvraag buiten behandeling gelaten wegens onvoldoende gegevens. Na een eerdere uitspraak van de rechtbank, die het college had opgedragen om de aanvraag opnieuw te beoordelen, werd de aanvraag opnieuw afgewezen. De rechtbank oordeelde dat het college appellant voldoende gelegenheid had gegeven om de benodigde informatie te verstrekken, maar dat appellant niet in staat was om de gevraagde gegevens over te leggen die noodzakelijk waren om het recht op bijstand vast te stellen.
In hoger beroep herhaalde appellant zijn argumenten, maar de Raad oordeelde dat de rechtbank terecht had geoordeeld. De Raad bevestigde dat appellant niet voldoende bewijs had geleverd voor de overmaking van een aanzienlijk bedrag aan derden, wat leidde tot de conclusie dat hij de inlichtingenverplichting had geschonden. De Raad oordeelde dat het college terecht had gesteld dat het recht op bijstand niet kon worden vastgesteld. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen veroordeling in proceskosten uitgesproken.