ECLI:NL:CRVB:2018:3200
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- R.E. Bakker
- R.P.W. Jongbloed
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de arbeidsongeschiktheid van een verkoopster na bezwaar van de werkgever
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante, die als verkoopster werkzaam was en zich op 5 november 2012 ziek meldde vanwege fysieke klachten. Appellante had een WIA-uitkering aangevraagd, die aanvankelijk op 100% werd vastgesteld, maar later door het Uwv werd aangepast naar 0% na medisch en arbeidskundig onderzoek. De werkgever van appellante maakte bezwaar tegen deze aanpassing, wat leidde tot een nieuw onderzoek door het Uwv. De rechtbank Amsterdam verklaarde het beroep van appellante tegen het bestreden besluit ongegrond, waarbij werd geoordeeld dat het medisch onderzoek aan de zorgvuldigheidseisen voldeed en dat de vastgestelde beperkingen juist waren. Appellante ging in hoger beroep, waarbij zij aanvoerde dat haar beperkingen niet correct waren vastgesteld en dat zij volledig arbeidsongeschikt was. De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat het Uwv overtuigend had gemotiveerd dat appellante in staat was om de aan de schatting ten grondslag gelegde functies te vervullen. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank, waarbij werd vastgesteld dat er geen aanleiding was om te twijfelen aan de juistheid van de medische beoordeling en dat appellante voldoende mogelijkheden had gehad om haar standpunt te onderbouwen. De uitspraak werd gedaan op 17 oktober 2018.