ECLI:NL:CRVB:2018:2682
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Weigering WIA-uitkering na zorgvuldig medisch onderzoek en beoordeling van belastbaarheid
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 29 augustus 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Limburg. De appellant, die zich ziek had gemeld na een bedrijfsongeval, had een aanvraag ingediend voor een WIA-uitkering. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) had vastgesteld dat de appellant niet in aanmerking kwam voor een uitkering omdat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt was. De rechtbank had het beroep van de appellant ongegrond verklaard, waarbij werd geoordeeld dat het medisch onderzoek zorgvuldig was uitgevoerd en dat er geen aanleiding was om de conclusies van de verzekeringsarts in twijfel te trekken.
In hoger beroep voerde de appellant aan dat hij geen benutbare mogelijkheden had en dat hij niet fulltime kon werken vanwege lichamelijke en psychische beperkingen. Het Uwv verdedigde de eerdere beslissing en stelde dat de rapporten van de verzekeringsartsen voldoende onderbouwd waren. De Raad oordeelde dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat het medisch onderzoek zorgvuldig was en dat er geen reden was om aan de conclusies te twijfelen. De Raad bevestigde dat de appellant in staat was de geselecteerde functies te vervullen, ondanks zijn beperkingen.
De uitspraak concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en dat de aangevallen uitspraak moest worden bevestigd. Het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen en er was geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.