ECLI:NL:CRVB:2018:2613
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijstandsverlening op basis van huisbezoek en bewijsvoering
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 14 augustus 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. De appellant had op 14 september 2015 een aanvraag voor bijstand ingediend op basis van de Participatiewet (PW). Tijdens de aanvraagprocedure zijn er twijfels gerezen over de woonomstandigheden van de appellant, wat leidde tot een huisbezoek door casemanagers van de gemeente Buren. Tijdens dit huisbezoek werd vastgesteld dat de appellant niet thuis was en dat de kamer die hij claimde te bewonen, in gebruik was door een andere persoon. De bevindingen van het huisbezoek, samen met de inconsistenties in de door de appellant verstrekte informatie, leidden tot de conclusie dat de appellant niet aannemelijk had gemaakt dat hij zijn hoofdverblijf had op het opgegeven adres. Het college van burgemeester en wethouders van Buren heeft de aanvraag om bijstand dan ook afgewezen. De rechtbank heeft het beroep van de appellant tegen deze afwijzing ongegrond verklaard. In hoger beroep heeft de appellant zijn bezwaren tegen de uitspraak van de rechtbank herhaald, maar de Centrale Raad van Beroep heeft geoordeeld dat de rechtbank terecht heeft overwogen dat de appellant niet aan zijn bewijslast heeft voldaan. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het hoger beroep af.