ECLI:NL:CRVB:2018:2420
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Herziening AIO-aanvulling wegens niet tijdig gemelde verhoging van Duitse rente-inkomsten
In deze zaak gaat het om de herziening van de AIO-aanvulling van appellante, die sinds 1 januari 2010 een ouderdomspensioen ontvangt op basis van de Algemene Ouderdomswet (AOW) en daarnaast Duitse rente-inkomsten. De Sociale verzekeringsbank (Svb) heeft de AIO-aanvulling herzien omdat appellante niet tijdig wijzigingen in haar Duitse rente-inkomsten had doorgegeven. De Svb had eerder aan appellante meegedeeld dat zij verplicht was om wijzigingen in haar inkomen door te geven, en na een verhoging van de Duitse rente heeft de Svb de AIO-aanvulling aangepast. Appellante heeft in hoger beroep aangevoerd dat de Svb ten onrechte de AIO-aanvulling met terugwerkende kracht heeft herzien, en dat zij altijd haar verplichtingen is nagekomen. De Centrale Raad van Beroep heeft geoordeeld dat de Svb terecht de AIO-aanvulling heeft herzien, omdat appellante haar inlichtingenverplichting heeft geschonden door onjuiste informatie door te geven. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank Limburg, die het beroep van appellante ongegrond had verklaard. De Raad oordeelt dat de herziening niet kennelijk onredelijk is en dat er geen aanleiding is om van de herziening af te zien.