ECLI:NL:CRVB:2018:1780
Centrale Raad van Beroep
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep inzake sociale zekerheidswetgeving
Op 7 juni 2018 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in een verzetprocedure met zaaknummer 17/6461 AKW-V. De appellant, woonachtig in Marokko, had verzet aangetekend tegen een eerdere uitspraak van de Raad, waarin zijn hoger beroep niet-ontvankelijk was verklaard. De Raad had vastgesteld dat het hogerberoepschrift niet tijdig was ingediend. In het verzetschrift stelde de appellant dat hij de correspondentie van de Raad had beantwoord en het griffierecht had betaald. Echter, tijdens de zitting op 7 juni 2018 zijn er geen bewijsstukken overgelegd die aantonen dat de appellant de aangevallen uitspraak op een tijdstip heeft ontvangen waarop hij nog tijdig hoger beroep kon instellen. De Raad heeft ook geen andere feiten of omstandigheden kunnen vaststellen die erop wijzen dat de appellant niet in verzuim is geweest. Daarom heeft de Centrale Raad van Beroep het verzet ongegrond verklaard. De Raad heeft geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet. De uitspraak is gedaan door de enkelvoudige kamer, met H.C.P. Venema als voorzitter en N.L. Kuipers als griffier.