ECLI:NL:CRVB:2018:1514

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
1 mei 2018
Publicatiedatum
23 mei 2018
Zaaknummer
17/6462 ANW-V
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van hoger beroep in sociale zekerheidszaak

Op 1 mei 2018 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 17/6462 ANW-V. Deze uitspraak betreft een verzet dat door appellante is ingediend tegen een eerdere beslissing van de Raad, waarin het hoger beroep van appellante niet-ontvankelijk werd verklaard. De reden voor deze niet-ontvankelijkheid was dat het hogerberoepschrift niet tijdig was ingediend. Tijdens de zitting op 1 mei 2018 is niemand verschenen, en de Raad heeft vastgesteld dat appellante in verzet geen nieuwe feiten of omstandigheden heeft aangevoerd die zouden kunnen leiden tot de conclusie dat zij niet in verzuim is geweest. Hierdoor heeft de Centrale Raad van Beroep het verzet ongegrond verklaard. De griffier van de zitting was N.L. Kuipers, en de uitspraak werd gedaan in het openbaar. De Raad heeft ook besloten dat er geen aanleiding is voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet. De uitspraak is gepubliceerd op 24 mei 2018.

Uitspraak

Datum uitspraak: 1 mei 2018
17/6462 ANW-V
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak, bedoeld in de artikelen 8:55, zevende lid, en 8:108, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, in verband met het hoger beroep
tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 2 augustus 2017, 16/7573
(aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellante] te [woonplaats] , Marokko (appellante)
de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank
Zitting heeft: H.C.P. Venema
Griffier: N.L. Kuipers
Ter zitting is niemand verschenen

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep verklaart het verzet ongegrond.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Bij uitspraak als bedoeld in de artikelen 8:54 en 8:108 van de Algemene wet bestuursrecht van 22 december 2017 heeft de Raad het hoger beroep van appellante tegen de aangevallen uitspraak niet-ontvankelijk verklaard omdat het hogerberoepschrift niet tijdig is ingediend.
Appellante heeft in verzet geen feiten of omstandigheden aangevoerd op grond waarvan zou moeten worden geoordeeld dat zij niet verzuim is geweest.
Voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet is geen aanleiding.
Waarvan proces-verbaal.
De griffier De voorzitter
(getekend) N.L. Kuipers (getekend) H.C.P. Venema

LO

DÉCISION

La Centrale Raad van Beroep (Cour d'Appel Centrale) déclare le recours non fondé.
Par conséquent, décidée par H.C.P. Venema en présence de N.L. Kuipers en qualité de greffier, ainsi que prononcée en public, le 1 mai 2018.