ECLI:NL:CRVB:2017:77
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van uitspraak inzake bijstandsverlening en financiële positie van hoofdbewoners
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 10 januari 2017 uitspraak gedaan op een verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van de Raad van 10 november 2015. Verzoekster, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. H.A. Schenke, had verzocht om herziening van de uitspraak waarbij haar aanvraag om bijstand was afgewezen door het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen. Het college had de aanvraag afgewezen op basis van onvoldoende bewijs van hoe verzoekster in haar levensonderhoud had voorzien.
De Raad had in de eerdere uitspraak het besluit van het college vernietigd en het college opgedragen een nieuw besluit op bezwaar te nemen. Verzoekster heeft in haar verzoek om herziening aangevoerd dat de Raad ten onrechte had geoordeeld dat de kosten van huur, water, energie en voedsel in mindering waren gebracht op de bijstandsnorm. Verzoekster stelde dat deze kosten niet door haar zelf hoefden te worden voldaan, wat haar bijstandbehoevendheid zou verminderen.
De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de aangevoerde gronden voor herziening geen nieuwe feiten of omstandigheden betroffen die voldeden aan de eisen van artikel 8:119 van de Algemene wet bestuursrecht. De Raad concludeerde dat het verzoek om herziening moest worden afgewezen, omdat verzoekster geen nieuwe feiten had aangedragen die voor de eerdere uitspraak relevant waren. De Raad wees erop dat de herziening niet bedoeld is voor een hernieuwde discussie over de zaak, maar enkel voor nieuwe feiten die voor de uitspraak niet bekend waren.
De uitspraak werd gedaan door A.B.J. van der Ham, met C.A.E. Bon als griffier, en werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.