ECLI:NL:CRVB:2017:497

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
10 februari 2017
Publicatiedatum
14 februari 2017
Zaaknummer
13/3379 AKW-R
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Rectificatie van eerdere uitspraak inzake schadevergoeding door Sociale Verzekeringsbank en Staat der Nederlanden

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 10 februari 2017 uitspraak gedaan over de rectificatie van een eerdere uitspraak van 4 november 2016. De zaak betreft een hoger beroep van appellant tegen de beslissingen van de Sociale Verzekeringsbank (Svb) en de Staat der Nederlanden, Ministerie van Veiligheid en Justitie. De Raad heeft vastgesteld dat de eerdere uitspraak kennelijke fouten bevatte, die aanleiding gaven tot rectificatie.

De Raad heeft appellant en de Staat in de gelegenheid gesteld om schriftelijk te reageren op de voorgenomen rectificatie. Aangezien er geen reacties zijn ontvangen binnen de gestelde termijn, ging de Raad ervan uit dat er geen bezwaren waren tegen de rectificatie. De rectificatie betreft de bedragen die de Svb en de Staat aan appellant moesten vergoeden. In de oorspronkelijke uitspraak was een fout gemaakt in de toewijzing van de schadevergoedingen, die nu is gecorrigeerd.

De Centrale Raad van Beroep heeft de eerdere uitspraak rectificatie verleend, waarbij de bedragen zijn aangepast. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, met M.M. van der Kade als voorzitter en T.L. de Vries en M.A.H. van Dalen-van Bekkum als leden. De beslissing is openbaar uitgesproken op 10 februari 2017.

Uitspraak

13/3379 AKW-R
Datum uitspraak: 10 februari 2017
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Uitspraak tot rectificatie van de uitspraak van de Raad van 4 november 2016, 13/3379 AKW
Partijen:
[appellant] te [woonplaats] (appellant)
de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (Svb)
de Staat der Nederlanden, Ministerie van Veiligheid en Justitie (Staat)
PROCESVERLOOP
Na daar bij brief van 23 november 2016 door de Svb op te zijn gewezen heeft de Raad vastgesteld dat de beslissing van de uitspraak van 4 november 2016 kennelijke fouten bevat.
De Raad heeft daarin aanleiding gezien appellant en de Staat in de gelegenheid te stellen zich schriftelijk uit te laten over een rectificatie van de uitspraak. Dit is bij brief van 19 juli 2016 aan deze partijen meegedeeld.
Partijen hebben niet gereageerd binnen de in de brief van 19 juli 2016 gestelde termijn van vier weken, in verband waarmee de Raad, naar in die brief is vermeld, ervan uitgaat dat bij partijen geen bezwaren bestaan tegen de voorgenomen rectificatie.

OVERWEGINGEN

Onder BESLISSING, 2e en 3e gedachtestreep, staat ten onrechte vermeld:
- veroordeelt de Svb tot betaling aan appellant van een vergoeding van schade tot een
bedrag van € 667,-:
- veroordeelt de Staat der Nederlanden (Ministerie van Veiligheid en Justitie) tot
betaling aan appellant van een vergoeding van schade tot een bedrag van € 333,-;
Dit moet zijn:
  • veroordeelt de Svb tot betaling aan appellant van een vergoeding van schade tot een bedrag van € 333,-;
  • veroordeelt de Staat der Nederlanden (Ministerie van Veiligheid en Justitie) tot betaling aan appellant van een vergoeding van schade tot een bedrag van € 667,-

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep rectificeert de uitspraak 13/3379 AKW als in de overwegingen is weergegeven.
Deze uitspraak is gedaan door M.M. van der Kade als voorzitter en T.L. de Vries en
M.A.H. van Dalen-van Bekkum als leden, in tegenwoordigheid van R.L. Rijnen als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 10 februari 2017.
(getekend) M.M. van der Kade
(getekend) R.L. Rijnen

NK