ECLI:NL:CRVB:2017:4507
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake weigering WIA-uitkering na ongeval en medische beoordeling
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 22 december 2017 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellante tegen de weigering van haar WIA-uitkering door het Uwv. Appellante, die zich op 23 november 2012 ziek meldde na een ongeval, had op 31 juli 2014 een aanvraag ingediend voor een WIA-uitkering. De verzekeringsarts van het Uwv concludeerde dat appellante met ingang van 21 november 2014 minder dan 35% arbeidsongeschikt was, wat leidde tot de weigering van de uitkering. Appellante was van mening dat haar beperkingen niet adequaat waren beoordeeld en voerde aan dat zij niet in staat was om werkzaamheden te verrichten. Ze overhandigde medische stukken, waaronder een diagnose van Lupus erythematodes, die volgens haar niet waren meegenomen in de beoordeling.
De Raad oordeelde dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep overtuigend had uiteengezet waarom de eerdere medische conclusies niet gewijzigd hoefden te worden. De Raad vond geen aanleiding om te twijfelen aan de juistheid van de medische beoordelingen en concludeerde dat de geselecteerde functies medisch geschikt waren voor appellante. De rechtbank had eerder het beroep van appellante ongegrond verklaard, en de Raad bevestigde deze uitspraak. De Raad oordeelde dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.