Uitspraak
OVERWEGINGEN
WIA-uitkering terecht is geweigerd.
I-psy van 10 september 2014, waaruit blijkt dat bij appellant de diagnose psychische stoornis door somatische aandoening NAO is gesteld, kan niet worden afgeleid dat er in verband met de psychische klachten van appellant meer of andere beperkingen binnen de rubrieken persoonlijk en sociaal functioneren aangenomen hadden moeten worden. Ook overigens zijn daarvoor in het dossier geen aanknopingspunten te vinden.
3 december 2014 en 7 april 2015 overtuigend toegelicht dat appellant, uitgaande van de in de FML opgenomen beperkingen, in staat was zijn eigen werk te verrichten. De omstandigheid dat appellant eerder in het kader van de Ziektewet ongeschikt is bevonden voor zijn eigen werk leidt niet tot een ander oordeel, nu uit de betreffende verzekeringsgeneeskundige rapporten niet blijkt dat toen sprake was van een zelfde medische situatie. Nu appellant niet beperkt is geacht op het verrichten van de verschillende handgrepen, wordt appellant niet gevolgd in zijn opvatting dat de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep wegens de door appellant aangegeven pijn bij het verrichten van de pincetgreep overleg had moeten plegen met de verzekeringsarts bezwaar en beroep.
WIA-uitkering terecht geweigerd. Het subsidiair door het Uwv ingenomen standpunt dat appellant eveneens geschikt is voor de op basis van het CBBS geselecteerde functies behoeft daarom geen bespreking.