ECLI:NL:CRVB:2017:2948
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake afwijzing aanvraag IOAZ voor gewezen zelfstandige met betrekking tot urencriterium en verblijf in het buitenland
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 29 augustus 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Noord-Nederland. De zaak betreft de afwijzing van een aanvraag voor een uitkering op basis van de Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) door het dagelijks bestuur van ISD Noordenkwartier. De betrokkene, een gewezen zelfstandige, had eerder een IOAZ-uitkering aangevraagd, maar deze was afgewezen op grond van het niet voldoen aan het urencriterium van 1225 uren per jaar. De rechtbank had de afwijzing vernietigd en het bestuur opgedragen een nieuw besluit te nemen.
De Raad heeft vastgesteld dat de betrokkene, ondanks een verblijf van drie maanden in Thailand, wel degelijk aan het urencriterium voldeed. De Raad oordeelde dat de uren waarin de betrokkene op klanten wachtte, meetelden als gewerkte uren. De Raad concludeerde dat de betrokkene voldoende bewijs had geleverd dat hij in 2014 aan het urencriterium voldeed, en dat het verblijf in het buitenland geen onderbreking van zijn bedrijf betekende. De Raad heeft het hoger beroep van het dagelijks bestuur ongegrond verklaard en het bestuur opgedragen om binnen vier weken een nieuw besluit te nemen op de aanvraag van de betrokkene, met inachtneming van de uitspraak.
Daarnaast is het dagelijks bestuur veroordeeld in de proceskosten van de betrokkene, die zijn begroot op € 990,-. De uitspraak bevestigt de eerdere beslissing van de rechtbank en biedt de betrokkene de mogelijkheid om een IOAZ-uitkering te ontvangen, mits hij binnen anderhalf jaar na een positief besluit zijn bedrijf beëindigt.