ECLI:NL:CRVB:2017:1051
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J. Brand
- M. Gayir
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake afwijzing aanvraag scootmobiel op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag, die op 9 oktober 2014 het beroep tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Leiden ongegrond heeft verklaard. Het college had op 30 september 2013 een aanvraag van appellant voor een scootmobiel afgewezen, een besluit dat later op 13 mei 2014 is gehandhaafd. Appellant heeft in hoger beroep gesteld dat hij recht heeft op een scootmobiel, vooral na een verslechtering van zijn medische situatie, waar het college op 25 februari 2015 op heeft gereageerd door appellant een scootmobiel toe te kennen.
Het procesverloop laat zien dat appellant niet is verschenen op de zittingen en ook niet heeft gereageerd op verzoeken van de Raad om zijn procesbelang te verduidelijken. De Raad heeft de zaak van de meervoudige kamer naar de enkelvoudige kamer verwezen en heeft op 1 februari 2017 opnieuw een zitting gehouden, waar wederom geen van de partijen is verschenen. Gezien het gebrek aan respons van appellant en zijn afwezigheid, concludeert de Raad dat appellant geen procesbelang meer heeft bij het hoger beroep.
De Centrale Raad van Beroep heeft uiteindelijk besloten het hoger beroep niet-ontvankelijk te verklaren, omdat er geen procesbelang is aangetoond. De uitspraak is gedaan door J. Brand als voorzitter en M. Gayir als griffier, en is openbaar uitgesproken op 15 maart 2017.