ECLI:NL:CRVB:2016:4848
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen verlaging bijstand wegens ontslag en inkomensschatting
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de beslissing van het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven, die een maatregel heeft opgelegd van 100% verlaging van de bijstand voor de duur van één maand. Appellant ontving tot 1 september 2014 bijstand op basis van de Wet werk en bijstand, maar heeft van 1 september 2014 tot 10 december 2014 gewerkt via een uitzendbureau. Na zijn ontslag op 10 december 2014 heeft hij opnieuw bijstand aangevraagd. Het college heeft appellant verzocht om een leenovereenkomst te overleggen voor een lening van € 1.400,- van zijn vader, maar deze bleek niet aannemelijk gemaakt. Het college heeft vervolgens de bijstand verlaagd vanwege het niet naleven van de verplichting om algemeen geaccepteerde arbeid te behouden, wat appellant betwistte. De rechtbank Oost-Brabant verklaarde het beroep tegen het bestreden besluit ongegrond, waarna appellant in hoger beroep ging.
De Centrale Raad van Beroep heeft vastgesteld dat appellant niet in geschil is dat hij ontslagen is vanwege herhaaldelijk te laat komen en het niet tijdig ziekmelden. De Raad oordeelt dat het college terecht een maatregel heeft opgelegd, maar dat het college rekening heeft gehouden met de persoonlijke omstandigheden van appellant door de maatregel te verlagen tot 10% gedurende een maand. Appellant voerde aan dat hij niet verwijtbaar heeft gehandeld, maar de Raad oordeelt dat de omstandigheden niet voldoende zijn om van de maatregel af te zien.
Daarnaast heeft het college het bedrag van € 1.400,- dat op de bankrekening van appellant is bijgeschreven als inkomen aangemerkt, wat leidde tot het niet uitbetalen van bijstand in februari 2015. Appellant stelde dat dit bedrag voortkwam uit een lening, maar de Raad oordeelt dat niet aan de voorwaarden voor een lening is voldaan. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en wijst het verzoek om schadevergoeding af.