ECLI:NL:CRVB:2016:4660
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Opleggen van specifieke arbeidsverplichtingen in het kader van een re-integratietraject en de rechtspositie van de appellante ten opzichte van de stichting
In deze zaak heeft appellante hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank Overijssel, waarin haar beroep tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Hardenberg ongegrond werd verklaard. De zaak betreft de oplegging van specifieke arbeidsverplichtingen aan appellante in het kader van de Wet werk en bijstand (WWB). Appellante ontving bijstand en verrichtte werkzaamheden voor een stichting in het kader van een re-integratietraject. In juli 2014 werd een plan van aanpak opgesteld, waarin specifieke arbeidsverplichtingen werden vastgelegd. Appellante heeft dit plan ondertekend, maar met voorbehoud, in afwachting van een uitspraak over haar juridische positie ten opzichte van de stichting.
Het college heeft in een besluit van juli 2014 deze arbeidsverplichtingen opgelegd, maar appellante betwist dat hiermee haar werkverband met de stichting op deugdelijke wijze is beëindigd. Ze stelt dat het college een afzonderlijk besluit had moeten nemen over de beëindiging van haar werkzaamheden. De Raad voor de Rechtspraak heeft vastgesteld dat de WWB het toetsingskader is, omdat het bezwaar vóór de invoering van de Participatiewet is ingediend. De Raad oordeelt dat de beroepsgronden van appellante niet gericht zijn tegen de inhoud van het plan van aanpak, maar tegen de gang van zaken voorafgaand aan het besluit van juli 2014.
De Raad concludeert dat het bestreden besluit niet ziet op de beëindiging van de werkzaamheden voor de stichting en dat de beroepsgronden van appellante niet slagen. Ook de stelling dat procedurele regels zijn geschonden, wordt verworpen. De rechtbank heeft terecht geoordeeld dat appellante voldoende gelegenheid heeft gehad om haar visie naar voren te brengen. De Raad bevestigt de aangevallen uitspraak en wijst de verzoeken van appellante af.