ECLI:NL:CRVB:2016:4620
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- K.J. Kraan
- M.S. Spek
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening in het bestuursrechtelijke geschil tussen een ambtenaar en het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 2 december 2016 uitspraak gedaan op het verzoek van een ambtenaar, die in hoger beroep was gegaan tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De ambtenaar, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.S. van der Landen, had een verzoek ingediend om een voorlopige voorziening te treffen, omdat hij van mening was dat er sprake was van onverwijlde spoed in zijn situatie. Hij was ontslagen door het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, en stelde dat zijn financiële situatie verslechterd was door het ontslag, wat hem in een moeilijke positie bracht op de arbeidsmarkt.
De voorzieningenrechter heeft echter geoordeeld dat niet voldaan was aan de voorwaarden van artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) voor het treffen van een voorlopige voorziening. De rechter concludeerde dat de ambtenaar geen overtuigende gegevens had overgelegd die zijn financiële noodzaak konden onderbouwen. Bovendien werd opgemerkt dat de behandeling van de hoofdzaak naar verwachting binnen enkele maanden zou plaatsvinden, waardoor er geen acute noodzaak was om het ontslag te schorsen. De rechter wees ook op het feit dat de ambtenaar al eerder van zijn projecten was gehaald, wat betekende dat schorsing van het ontslag niet zou leiden tot terugkeer naar zijn eerdere werkzaamheden.
De Centrale Raad van Beroep heeft het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening afgewezen, en er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 2 december 2016.