ECLI:NL:CRVB:2016:4436
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing bijstandsaanvraag wegens schending inlichtingenverplichting en niet verschijnen op oproep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de afwijzing van zijn aanvraag om bijstand op grond van de Wet werk en bijstand (WWB). Appellant had zich op 3 oktober 2014 gemeld bij het UWV Werkbedrijf voor bijstand, maar heeft niet voldaan aan zijn inlichtingenverplichting. Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam heeft appellant opgeroepen voor een gesprek, maar hij is zonder bericht niet verschenen. Dit leidde tot de afwijzing van zijn aanvraag. Appellant heeft in hoger beroep aangevoerd dat hij de oproepen niet tijdig heeft ontvangen en dat hij om persoonlijke redenen op een ander adres verbleef. De Centrale Raad van Beroep heeft vastgesteld dat appellant onvoldoende medewerking heeft verleend en dat het college terecht de aanvraag heeft afgewezen. De Raad heeft geoordeeld dat appellant niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij tijdig een adreswijziging heeft doorgegeven en dat de afwijzing van de bijstandsaanvraag terecht is. De uitspraak van de rechtbank Amsterdam is bevestigd.