ECLI:NL:CRVB:2016:4037
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake afwijzing aanvraag bijzondere bijstand kosten voor jaarverslag WWB
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 25 oktober 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Limburg. De zaak betreft de afwijzing van een aanvraag om bijzondere bijstand ingevolge de Wet werk en bijstand (WWB) door het college van burgemeester en wethouders van Venlo. Betrokkene, die tot 28 augustus 2013 een eenmanszaak exploiteerde, had op 25 november 2013 een aanvraag ingediend voor bijstand, inclusief de kosten voor het maken van een jaarverslag over 2013. Het college heeft deze aanvraag op 12 maart 2014 afgewezen, omdat de kosten niet als noodzakelijk werden beschouwd.
De rechtbank heeft in een eerdere uitspraak het beroep van betrokkene gegrond verklaard en het college opgedragen een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen. De rechtbank oordeelde dat de kosten voor het opstellen van jaarcijfers noodzakelijk waren, gezien de omstandigheden van betrokkene en het feit dat zij niet over de kennis beschikte om dit zelf te doen. Het college ging echter in hoger beroep tegen deze uitspraak, stellende dat de kosten niet noodzakelijk waren, aangezien betrokkene ook een overzicht van inkomsten en uitgaven had kunnen aanleveren in plaats van een jaarrekening.
De Centrale Raad van Beroep heeft het hoger beroep van het college gegrond verklaard. De Raad oordeelde dat de rechtbank niet had onderkend dat de kosten waarvoor betrokkene bijzondere bijstand had aangevraagd, niet noodzakelijk waren. De Raad heeft de aangevallen uitspraak vernietigd en het beroep van betrokkene tegen het besluit van 21 mei 2014 ongegrond verklaard. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.