ECLI:NL:CRVB:2016:332
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- W.F. Claessens
- P.C. de Wit
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor kosten van bril en toepassing van buitenwettelijk begunstigend beleid
In deze zaak heeft appellante op 17 december 2013 bijzondere bijstand aangevraagd voor de kosten van een bril, welke aanvraag door het college van burgemeester en wethouders van Arnhem is afgewezen. De afwijzing is gebaseerd op artikel 15, eerste lid, van de Wet werk en bijstand (WWB), dat stelt dat er geen recht op bijstand bestaat als er een voorliggende voorziening is die als toereikend wordt beschouwd. De rechtbank Gelderland heeft het beroep van appellante tegen deze afwijzing ongegrond verklaard, waarna appellante in hoger beroep is gegaan.
De Centrale Raad van Beroep heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen. Het college heeft gesteld dat appellante geen dringende redenen heeft aangevoerd die haar recht op bijstand zouden kunnen onderbouwen. Bovendien is vastgesteld dat appellante ten tijde van de aanvraag niet aanvullend verzekerd was, wat volgens het gemeentelijk beleid noodzakelijk is om in aanmerking te komen voor bijzondere bijstand voor brillen en contactlenzen.
De Raad heeft geoordeeld dat het college consistent heeft gehandeld in de toepassing van het buitenwettelijk begunstigend beleid en dat de afwijzing van de aanvraag in overeenstemming is met dit beleid. De Raad heeft de uitspraak van de rechtbank bevestigd en het hoger beroep van appellante afgewezen. Er zijn geen gronden gevonden voor een veroordeling in de proceskosten.