ECLI:NL:CRVB:2016:2760
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake niet-ontvankelijk verklaring bezwaar jaaropgave bijstandsverlening
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 19 juli 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De zaak betreft een geschil tussen appellante, die bijstand ontvangt op grond van de Wet werk en bijstand (WWB), en het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam. Appellante had bezwaar gemaakt tegen de jaaropgave van de bijstand die zij in 2013 had ontvangen, omdat zij van mening was dat deze onjuist was. Het college verklaarde het bezwaar echter niet-ontvankelijk, met de motivatie dat een jaaropgave geen besluit is in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Appellante heeft in hoger beroep aangevoerd dat de jaaropgave wel degelijk een besluit is met rechtsgevolg, omdat het invloed heeft op haar huur- en zorgtoeslag en op de inkomstenbelasting. De Raad heeft de argumenten van appellante beoordeeld en geconcludeerd dat deze herhalingen zijn van wat eerder in beroep is aangevoerd. De rechtbank had gemotiveerd op deze gronden ingegaan en appellante had geen nieuwe redenen aangedragen die de eerdere afwijzing konden onderbouwen. De Raad bevestigde het oordeel van de rechtbank dat de jaaropgave geen besluit is en dat het bezwaar van appellante terecht niet-ontvankelijk was verklaard.
De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank, waarbij het beroep van appellante ongegrond werd verklaard. De Raad oordeelde dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.