Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraak;
- verklaart het beroep ongegrond.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 29 juni 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De appellant, de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, had het bezwaar van de betrokkene niet-ontvankelijk verklaard omdat deze de bezwaartermijn had overschreden. De betrokkene ontkende echter dat deze termijnoverschrijding verschoonbaar was, en voerde aan dat hij door persoonlijke omstandigheden, waaronder een scheiding, ziekte en financiële problemen, niet in staat was om tijdig bezwaar te maken. De rechtbank had het beroep van de betrokkene gegrond verklaard en de niet-ontvankelijk verklaring vernietigd, maar de Centrale Raad van Beroep oordeelde anders.
De Raad concludeerde dat de betrokkene onvoldoende aannemelijk had gemaakt dat de overschrijding van de bezwaartermijn verschoonbaar was. De brieven van de huisarts en psycholoog, die de betrokkene had overgelegd, waren niet voldoende onderbouwd en gaven geen concrete medische redenen aan voor het te laat indienen van het bezwaarschrift. De Raad oordeelde dat de betrokkene, ondanks zijn problemen, in staat was om adequaat te handelen en dat hij geen bewijs had geleverd voor zijn stelling dat hij door zijn alcoholverslaving en psychische problemen niet in staat was om tijdig bezwaar te maken.
Uiteindelijk vernietigde de Centrale Raad de uitspraak van de rechtbank en verklaarde het beroep van de betrokkene ongegrond, waarmee de niet-ontvankelijk verklaring van het bezwaar in stand bleef. De uitspraak benadrukt het belang van het tijdig indienen van bezwaarschriften en de noodzaak om voldoende bewijs te leveren voor eventuele verschoonbare redenen.