Uitspraak
.Het college is, met bericht, niet verschenen.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 20 januari 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep over de afwijzing van een verzoek om een nieuwe, aangepaste rolstoelbus en de beëindiging van de tegemoetkoming in de vervoerskosten voor een betrokkene die lijdt aan het syndroom postpolio (PPS). De Raad oordeelt dat het college van burgemeester en wethouders van Zoetermeer niet voldoende heeft onderbouwd waarom betrokkene geen recht heeft op de gevraagde voorzieningen. De Raad stelt vast dat er een gebrek aan medische grondslag is in de besluitvorming van het college. De rechtbank had eerder het beroep van betrokkene gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd, omdat het college niet was ingegaan op het beroep van betrokkene op het overgangsrecht in de WMO-verordening. De Raad draagt het college op om de gebreken in het besluit te herstellen door een nader medisch onderzoek uit te voeren, waarbij de specifieke beperkingen van betrokkene in kaart worden gebracht. De Raad benadrukt dat het college niet heeft aangetoond dat betrokkene medisch gezien in staat is om gebruik te maken van collectief vervoer, zoals het college stelt. De Raad concludeert dat de situatie van betrokkene bijzonder is en dat hij mogelijk recht heeft op een individuele vervoersvoorziening, afhankelijk van de uitkomsten van het nader onderzoek.