ECLI:NL:CRVB:2016:1941
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.S. van der Kolk
- B. Dogan
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van ZW-uitkering na medisch onderzoek en geschil over arbeidsongeschiktheid
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 25 mei 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. Appellante, die als optiekmedewerkster werkte, had zich op 17 december 2013 ziek gemeld met psychische klachten en lichamelijke klachten. Na een medisch onderzoek door een verzekeringsarts werd appellante per 8 september 2014 weer geschikt geacht voor haar arbeid, waarna het Uwv haar ZW-uitkering beëindigde. Appellante was het niet eens met deze beslissing en heeft hoger beroep ingesteld, waarbij zij stelde dat het medisch onderzoek onzorgvuldig was en dat haar medische toestand was verslechterd. De Raad heeft de argumenten van appellante beoordeeld en geconcludeerd dat het medisch onderzoek voldoende zorgvuldig was uitgevoerd. De Raad oordeelde dat er geen aanleiding was om de conclusie van de verzekeringsarts bezwaar en beroep in twijfel te trekken, aangezien appellante geen nieuwe medische gegevens had ingediend. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en wees het hoger beroep af, zonder proceskostenveroordeling.