Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraak;
- verklaart het beroep tegen het besluit van 11 oktober 2013 ongegrond.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 6 april 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. Het Zorginstituut Nederland had het bezwaar van betrokkene niet-ontvankelijk verklaard, wat betrokkene aanvecht. De zaak betreft de inhoudingsverplichting van bestuursrechtelijke premies die het Zorginstituut aan betrokkene had opgelegd. Betrokkene, vertegenwoordigd door een werkneemster, stelde dat zij nooit op de hoogte was gesteld van het besluit van 25 maart 2010, waarin de inhoudingsverplichting werd opgelegd. De rechtbank had het beroep van betrokkene gegrond verklaard, maar het Zorginstituut ging in hoger beroep.
De Raad heeft vastgesteld dat het Zorginstituut de verzending van het besluit van 25 maart 2010 niet aannemelijk heeft gemaakt, omdat het besluit niet aangetekend was verzonden en er geen verzendadministratie beschikbaar was. De Raad oordeelde dat de kennisgeving van het besluit aan de werkneemster niet automatisch betekent dat betrokkene ook op de hoogte was. De Raad concludeerde dat het bezwaar van betrokkene terecht niet-ontvankelijk was verklaard, omdat het Zorginstituut niet had voldaan aan de vereisten voor de bekendmaking van besluiten. De Raad vernietigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en verklaarde het beroep van betrokkene ongegrond.
De uitspraak benadrukt het belang van correcte bekendmaking van besluiten en de verantwoordelijkheden van bestuursorganen in het proces van bezwaar en beroep. De Raad heeft geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.