ECLI:NL:CRVB:2016:1177
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de plaatsing van een ambtenaar na reorganisatie binnen de Regionale Uitvoeringsdienst Zeeland
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 31 maart 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De appellant, een ambtenaar die sinds 1993 werkzaam was bij de gemeente Reimerswaal, was betrokken bij een reorganisatie waarbij zijn functie overging naar de Regionale Uitvoeringsdienst Zeeland (RUD). De appellant had hoger beroep ingesteld tegen de beslissing van het dagelijks bestuur van de RUD om hem te plaatsen in de functie van beleidsmedewerker Handhaving. De rechtbank had het beroep van de appellant ongegrond verklaard, waarop de appellant in hoger beroep ging.
De Raad heeft vastgesteld dat de appellant voldoende mogelijkheden heeft gehad om zijn visie op de plaatsing kenbaar te maken, maar dat hij hiervan geen gebruik heeft gemaakt. De Raad oordeelde dat de oude functie van de appellant niet ongewijzigd terugkeert bij de RUD, omdat de taken zijn verdeeld over meerdere functies. De Raad volgde het standpunt van het dagelijks bestuur dat de functie van beleidsmedewerker Handhaving een passende functie is, en dat de plaatsing in deze functie in rechte stand houdt. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat het hoger beroep van de appellant niet slaagde.
De uitspraak benadrukt het belang van de juiste toepassing van het Sociaal Statuut en de rechten van ambtenaren tijdens reorganisaties. De Raad concludeerde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.