ECLI:NL:CRVB:2015:587
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake loongerelateerde WGA-uitkering en herbeoordeling arbeidsongeschiktheid
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant die een loongerelateerde WGA-uitkering ontving op basis van de Wet WIA. De Centrale Raad van Beroep beoordeelt drie aangevallen uitspraken van de rechtbanken Maastricht en Limburg. De Raad oordeelt dat de LAU ongewijzigd blijft na herbeoordeling, en dat er geen toegenomen beperkingen zijn vastgesteld. De rechtbank heeft de medische onderzoeken van het Uwv terecht onderschreven. De Raad vernietigt de eerste twee aangevallen uitspraken en de onderliggende bestreden besluiten, maar laat de rechtsgevolgen van deze besluiten in stand. De rechtbank heeft met juistheid geoordeeld dat de gronden van appellant met betrekking tot toegenomen arbeidsongeschiktheid niet slagen. De in hoger beroep ingediende informatie biedt geen nieuwe gegevens die de conclusie van de verzekeringsartsen kunnen ondermijnen. De Raad bevestigt de derde aangevallen uitspraak, waarin het beroep van appellant tegen het bestreden besluit van het Uwv ongegrond werd verklaard. De Raad veroordeelt het Uwv in de proceskosten van appellant en bepaalt dat het Uwv de griffierechten vergoedt.