ECLI:NL:CRVB:2015:430
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- M.M. van der Kade
- H.J. Simon
- E.E.V. Lenos
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak inzake WIA-uitkering en medische beoordeling van appellant met psychische klachten
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de afwijzing van zijn aanvraag voor een WIA-uitkering door het Uwv. Appellant heeft op 10 maart 2010 een aanvraag ingediend, waarbij een verzekeringsarts constateerde dat hij leed aan een depressie/angststoornis, verergerd door een hepatitis B-infectie. De aanvraag werd afgewezen omdat appellant op de datum van het einde van de wachttijd, 2 juni 2010, minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht. De rechtbank oordeelde dat appellant ten onrechte niet was gehoord, maar handhaafde de rechtsgevolgen van het besluit van het Uwv.
In hoger beroep heeft de Raad voor de Rechtspraak deskundigen geraadpleegd, waaronder psychiater R.L. Leta, die geen harde cognitieve stoornis constateerde, maar wel borderlinetrekken en cannabisafhankelijkheid. De Raad heeft de bevindingen van de deskundigen als overtuigend beoordeeld en geconcludeerd dat het bestreden besluit van het Uwv niet op een voldoende zorgvuldig medisch onderzoek is gebaseerd. De Raad heeft het Uwv opgedragen om het gebrek in het besluit te herstellen, met inachtneming van de medische bevindingen van de deskundigen. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige medische beoordeling in het kader van arbeidsongeschiktheid en de rol van deskundigen in het proces.