ECLI:NL:CRVB:2015:3673
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- N.J. van Vulpen-Grootjans
- J.N.A. Bootsma
- A.M. van der Leeden
- Rechtspraak.nl
Disciplinaire straf van ontslag wegens ernstig plichtsverzuim bij politieambtenaar
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant, waarin de disciplinaire straf van ontslag van een politieambtenaar werd bevestigd. De appellant, die sinds 1988 bij de politie werkte, had gedurende bijna twee jaar een aanzienlijk aantal uren geregistreerd als gewerkte uren, die hij niet kon verantwoorden. Dit leidde tot de conclusie van ernstig plichtsverzuim. De korpschef had eerder al maatregelen genomen, maar na een disciplinair onderzoek werd besloten tot ontslag. De Raad voor de Rechtspraak bevestigde de uitspraak van de rechtbank, waarbij werd vastgesteld dat de appellant niet in staat was om zijn geregistreerde uren adequaat te verantwoorden. De Raad oordeelde dat de opgelegde disciplinaire straf van ontslag niet onevenredig was aan de ernst van het plichtsverzuim, vooral gezien het feit dat de appellant eerder was aangesproken op zijn urenregistratie. De Raad concludeerde dat de korpschef bevoegd was om de disciplinaire straf op te leggen en dat de gedragingen van de appellant als plichtsverzuim konden worden aangemerkt. De uitspraak werd gedaan op 22 oktober 2015.