ECLI:NL:CRVB:2015:3451
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- W.F. Claessens
- J.L. Meijer
- Rechtspraak.nl
Herziening bijstand en berekening van ontvangen inkomsten uit arbeid
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland, waarbij de rechtbank het beroep van appellante ongegrond heeft verklaard. Appellante ontving vanaf 20 november 2012 bijstand op grond van de Wet werk en bijstand (WWB) en had verschillende dienstverbanden. Het college van burgemeester en wethouders van Haarlem heeft op basis van informatie over de inkomsten van appellante haar bijstand herzien en teruggevorderd. Appellante heeft bezwaar gemaakt tegen deze besluiten, maar het college heeft het bezwaar gegrond verklaard en de besluiten herroepen, met uitzondering van enkele onderdelen. Appellante is van mening dat de berekening van haar inkomen onjuist is en dat zij geen aanvullende bijstand heeft ontvangen na 1 juni 2013. De Centrale Raad van Beroep heeft de argumenten van appellante beoordeeld en geconcludeerd dat de berekeningen van het college juist zijn. De Raad heeft vastgesteld dat het college terecht is uitgegaan van de feitelijke inkomsten van appellante en dat de bedragen aan heffingskortingen correct zijn meegenomen in de berekeningen. De Raad heeft het hoger beroep van appellante afgewezen en de uitspraak van de rechtbank bevestigd.