ECLI:NL:CRVB:2015:3326
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Disciplinair ontslag van ambtenaar na plichtsverzuim door aanrijding met voetganger
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam, waarin het beroep van appellant tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam ongegrond werd verklaard. Appellant, werkzaam bij het stadsdeel Centrum, was betrokken bij een aanrijding met een voetganger tijdens zijn dienst als bestuurder van een gemeentelijke veegkiepwagen. Na de aanrijding is appellant doorgereden zonder hulp te verlenen aan het slachtoffer. Het college heeft appellant wegens plichtsverzuim onvoorwaardelijk ontslagen. In hoger beroep heeft de Raad voor de Rechtspraak geoordeeld dat het college bevoegd was om deze disciplinaire maatregel op te leggen. De Raad concludeert dat appellant zich niet heeft gedragen als een goed ambtenaar, gezien de omstandigheden van de aanrijding en zijn handelen daarna. De Raad heeft geen redenen gevonden om het plichtsverzuim niet aan appellant toe te rekenen, ondanks zijn argumenten over paniek en onwetendheid over de snelheidslimiet. Het verzoek om schadevergoeding voor immateriële schade werd afgewezen, omdat dit buiten de grenzen van het geding viel. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd.