ECLI:NL:CRVB:2015:2892
Centrale Raad van Beroep
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Weigering bijzondere bijstand voor kosten tandheelkundige zorg en eigen risico zorgverzekering
Op 11 augustus 2015 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak van een appellant die bijzondere bijstand had aangevraagd voor de kosten van tandheelkundige zorg en het eigen risico van zijn zorgverzekering. De aanvraag was eerder afgewezen door het college van burgemeester en wethouders van Veldhoven, wat leidde tot een hoger beroep. De rechtbank Oost-Brabant had de eerdere beslissing van het college bevestigd, waarop de appellant in hoger beroep ging.
De Centrale Raad van Beroep bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de kosten van tandheelkundige hulp en het verplicht eigen risico niet in aanmerking komen voor bijzondere bijstand. De Raad stelde vast dat de kosten van het eigen risico voortvloeien uit de Zorgverzekeringswet (Zvw) en dat deze kosten als algemeen noodzakelijke kosten van bestaan worden beschouwd. De appellant had geen recht op bijzondere bijstand, omdat de kosten door de bijstandsnorm gedekt dienen te worden, hetzij door middel van reservering, hetzij door gespreide betaling.
Daarnaast oordeelde de Raad dat er geen zeer dringende redenen waren die de toekenning van bijzondere bijstand rechtvaardigden. De appellant had aangevoerd dat hij als vluchteling recht had op bescherming en dat hij schade had geleden door geweldsmisdrijven. De Raad concludeerde echter dat de appellant zijn schade diende te verhalen op de daders en dat het college niet aansprakelijk kon worden gesteld voor de geleden schade. De Raad verwierp het beroep van de appellant en verklaarde het hoger beroep ongegrond, zonder veroordeling in de proceskosten.