ECLI:NL:CRVB:2015:2765
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- C. van Viegen
- M. Zwart
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkverklaring bezwaar tegen aanvraag bijzondere bijstand
In deze zaak gaat het om de niet-ontvankelijkverklaring van het bezwaar van appellanten tegen een brief van het college van burgemeester en wethouders van Peel en Maas. Appellanten hadden op 29 maart 2012 bijzondere bijstand aangevraagd voor kosten van openbaar vervoer, verblijfskosten en eigen bijdrage in ziekenvervoer. Het college verzocht hen op 5 april 2012 om een aanvraagformulier in te vullen en bewijsstukken te overleggen. Bij besluit van 7 mei 2012 stelde het college de aanvraag buiten behandeling. Vervolgens verklaarde het college bij besluit van 10 juli 2012 het bezwaar van appellanten tegen de brief van 5 april 2012 niet-ontvankelijk, omdat deze brief een beslissing ter voorbereiding van een besluit was en niet vatbaar voor bezwaar en beroep. De rechtbank Oost-Brabant verklaarde het beroep van appellanten tegen dit besluit ongegrond.
In hoger beroep hebben appellanten hun gronden tegen de uitspraak van de rechtbank naar voren gebracht. De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de brief van 5 april 2012 inderdaad een beslissing is als bedoeld in artikel 6:3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), en dat deze niet vatbaar is voor bezwaar of beroep. De Raad bevestigt het oordeel van de rechtbank en het college dat appellanten niet rechtstreeks in hun belang zijn getroffen door de brief. De Raad wijst erop dat appellanten hun bezwaren kunnen aanvoeren in een procedure tegen het besluit op de aanvraag voor bijzondere bijstand. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.