ECLI:NL:CRVB:2015:2249
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Terugvordering van niet verantwoord persoonsgebonden budget (pgb) door Zorgkantoor
In deze zaak gaat het om de terugvordering van een persoonsgebonden budget (pgb) door Achmea Zorgkantoor N.V. van appellante, die in hoger beroep is gegaan tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De Centrale Raad van Beroep heeft op 8 juli 2015 uitspraak gedaan in deze zaak, die voortvloeit uit een besluit van het Zorgkantoor om het pgb voor 2012 lager vast te stellen, omdat een deel van de verantwoording niet was goedgekeurd. Appellante had in 2011 en 2012 pgb's ontvangen voor zorgfuncties, maar het Zorgkantoor concludeerde dat een bedrag van € 2.290,07 niet verantwoord was, omdat de ingediende documenten niet voldeden aan de eisen. Appellante had contante betalingen gedaan aan zorgverleners, maar het Zorgkantoor eiste rekeningafschriften en een vooraf opgestelde zorgovereenkomst. De rechtbank had het beroep van appellante ongegrond verklaard, en in hoger beroep heeft de Raad de overwegingen van de rechtbank onderschreven. De Raad oordeelde dat het Zorgkantoor in redelijkheid tot de terugvordering kon komen, omdat appellante niet had aangetoond dat het pgb daadwerkelijk aan zorg was besteed. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.