ECLI:NL:CRVB:2015:2187
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Weigering van WIA-uitkering op basis van medische en arbeidskundige beoordeling
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 3 juli 2015 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de beslissing van de rechtbank Gelderland. Appellant had bezwaar gemaakt tegen het besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) van 9 januari 2013, waarin werd vastgesteld dat hij geen recht had op een WIA-uitkering met ingang van 21 februari 2013. Appellant stelde dat zijn klachten door het Uwv waren onderschat en dat hij na jaren van inspanningen weer in staat was zijn maatgevende functie te vervullen. De rechtbank oordeelde echter dat het Uwv een zorgvuldig medisch onderzoek had verricht en dat de medische beoordeling van de verzekeringsarts juist was. Appellant voerde in hoger beroep aan dat zijn psychische beperkingen waren toegenomen en dat hij onverklaarbare pijn ervoer. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat er geen nieuwe medische inzichten waren die de eerdere beoordeling konden ondermijnen. De Raad concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en dat de aangevallen uitspraak diende te worden bevestigd. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.