ECLI:NL:CRVB:2015:2153
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- W.H. Bel
- W.F. Claessens
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Weigering ontheffing van arbeidsverplichtingen in het kader van de Wet werk en bijstand
In deze zaak gaat het om de weigering van het college van burgemeester en wethouders van Maassluis om appellanten ontheffing te verlenen van hun arbeidsverplichtingen op grond van de Wet werk en bijstand (WWB). Appellanten, die bijstand ontvangen, hebben verzocht om ontheffing vanwege gezondheidsredenen en zorgtaken voor hun kinderen. De Centrale Raad van Beroep behandelt het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam, die het beroep ongegrond had verklaard.
De Raad stelt vast dat appellanten in 2010 bijstand hebben gekregen en dat appellant is gestart met een re-integratietraject. Door ziekteverzuim verliep dit traject moeizaam, waarna in 2012 de mogelijkheid werd geboden om de zorg voor de kinderen op zich te nemen. Appellante startte een re-integratietraject, terwijl appellant om ontheffing vroeg. Het college weigerde deze ontheffing na advies van Salude Deskundige Dienst, dat concludeerde dat appellant in staat was om een re-integratietraject te volgen, mits rekening werd gehouden met zijn beperkingen.
De Raad overweegt dat het college terecht heeft gehandeld door de arbeidsverplichtingen van appellant te handhaven, aangezien er geen medische redenen waren voor een structurele urenbeperking. De zorgtaken van appellanten werden niet als dringende redenen aangemerkt, omdat zij niet met objectieve gegevens konden onderbouwen dat appellant niet in staat was om voor de kinderen te zorgen. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en oordeelt dat het hoger beroep niet slaagt.