Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
W.D.M. van Diepenbeek als leden, in tegenwoordigheid van K. de Jong als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 19 juni 2015.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om de weigering van een WIA-uitkering aan appellante, die psychische klachten en beperkingen ten gevolge van diabetes mellitus ervaart. Appellante heeft op 2 oktober 2012 een uitkering aangevraagd, maar het Uwv heeft bij besluit van 7 februari 2013 vastgesteld dat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt is. Na bezwaar heeft het Uwv de beslissing gehandhaafd, waarbij aanvullende beperkingen zijn erkend, maar de conclusie bleef dat appellante geen recht had op een uitkering.
De rechtbank Midden-Nederland heeft in haar uitspraak van 12 februari 2014 geoordeeld dat de verzekeringsartsen van het Uwv de medische situatie van appellante correct hebben beoordeeld. Appellante heeft in hoger beroep gesteld dat zij lijdt aan een posttraumatische stressstoornis (PTSS) en dat haar beperkingen ernstiger zijn dan door het Uwv is aangenomen. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak op 19 juni 2015 behandeld.
De Raad heeft vastgesteld dat de medische grondslag van het bestreden besluit in hoger beroep nog steeds in geding is, met de nadruk op de psychische beperkingen van appellante. De Raad concludeert dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat de psychische beperkingen van appellante niet zijn onderschat. De door appellante ingebrachte informatie van haar behandelende sociaal psychiatrisch verpleegkundige biedt geen nieuwe inzichten die de eerdere beoordelingen van de verzekeringsartsen kunnen weerleggen.
Uiteindelijk bevestigt de Centrale Raad van Beroep de uitspraak van de rechtbank, waarbij het beroep van appellante ongegrond wordt verklaard. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten van appellante.