ECLI:NL:CRVB:2015:2058
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- O.L.H.W.I. Korte
- P.W. van Straalen
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Weigering deelname aan arbeidsinschakeling project en intrekking van bijstand wegens niet hoofdverblijf op uitkeringsadres
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland, waarin de rechtbank het beroep tegen de besluiten van het college van burgemeester en wethouders van Amersfoort ongegrond heeft verklaard. De zaak betreft de weigering van appellante om deel te nemen aan een project gericht op arbeidsinschakeling, wat heeft geleid tot een maatregel van 100% verlaging van haar bijstandsuitkering. Appellante had zich op 3 juli 2012 gemeld voor bijstand op basis van de Wet werk en bijstand (WWB) en gaf aan dat zij zwanger was en niet kon werken. De verzekeringsarts concludeerde echter dat zij medisch in staat was om te werken, wat leidde tot de maatregel van het college. Daarnaast is er een intrekking van de bijstand geweest omdat appellante niet haar hoofdverblijf had op het uitkeringsadres, wat door het college is vastgesteld na een onderzoek. De Centrale Raad van Beroep bevestigt de uitspraak van de rechtbank, waarbij het hoger beroep van appellante niet slaagt. De Raad oordeelt dat er voldoende feitelijke grondslag is voor de besluiten van het college, en dat appellante haar inlichtingenverplichting heeft geschonden door geen melding te maken van haar woonsituatie.