ECLI:NL:CRVB:2015:1445
Centrale Raad van Beroep
- Eerste en enige aanleg
- A. Beuker-Tilstra
- B.J. van de Griend
- R.C. Schoemaker
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag uitbreiding huishoudelijke hulp op basis van Wubo
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 30 april 2015 uitspraak gedaan over de afwijzing van een aanvraag tot uitbreiding van de vergoeding voor huishoudelijke hulp op basis van de Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940-1945 (Wubo). Appellant, geboren in 1929, was eerder erkend als burger-oorlogsslachtoffer en ontving sinds 1999 een vergoeding voor maximaal vier uren huishoudelijke hulp per week. In de jaren 2005, 2007 en 2011 had hij aanvragen ingediend voor uitbreiding van deze vergoeding, die telkens waren afgewezen omdat hij in staat werd geacht om lichte huishoudelijke werkzaamheden te verrichten.
In februari 2013 verzocht appellant opnieuw om uitbreiding naar acht uren per week, onder verwijzing naar nieuwe klachten van evenwichtsstoornissen. De Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank, verweerder in deze zaak, handhaafde de afwijzing van de aanvraag, stellende dat appellant niet door zijn klachten was aangewezen op meer hulp dan vier uren per week. De Raad oordeelde dat de psychische en lichamelijke klachten van appellant niet in die mate ernstig waren dat hij niet in staat was om lichte huishoudelijke werkzaamheden te verrichten.
De Centrale Raad van Beroep concludeerde dat er geen medische noodzaak was voor meer dan vier uren huishoudelijke hulp. De Raad baseerde zich op het advies van de geneeskundig adviseur, die na medisch onderzoek tot de conclusie was gekomen dat appellant in staat was om lichte huishoudelijke taken uit te voeren. De Raad verklaarde het beroep ongegrond en bevestigde de afwijzing van de aanvraag.