Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- verklaart het beroep tegen het besluit van 2 maart 2011 ongegrond;
- bevestigt de aangevallen uitspraak voor het overige;
- veroordeelt appellant in proceskosten van betrokkene tot een bedrag van € 3.867,78.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 12 maart 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. De zaak betreft de herziening van de WAO-uitkering van betrokkene, die per 14 oktober 2008 was herzien van 80-100% naar 45-55% arbeidsongeschiktheid. Betrokkene verzocht om herziening van zijn uitkering per 1 augustus 2009 vanwege verslechterde gezondheid. De Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (appellant) weigerde deze herziening en stelde de uitkering per 27 juli 2010 vast op 25-35% arbeidsongeschiktheid. Betrokkene maakte bezwaar tegen deze besluiten, wat leidde tot een procedure bij de rechtbank.
De rechtbank verklaarde het beroep tegen het eerste bestreden besluit niet-ontvankelijk, maar het beroep tegen het tweede bestreden besluit gegrond. De rechtbank oordeelde dat appellant onvoldoende had aangetoond dat de geselecteerde functies overeenkwamen met het opleidingsniveau en de bekwaamheden van betrokkene. Appellant ging in hoger beroep tegen deze uitspraak.
In hoger beroep heeft de Raad de medische beoordeling en het vastgestelde opleidingsniveau van betrokkene opnieuw beoordeeld. De deskundige die door de Raad was ingeschakeld, concludeerde dat de beperkingen van betrokkene goed waren vastgelegd in de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) en dat de geselecteerde functies niet de belastbaarheid overschreden. De Raad oordeelde dat appellant op goede gronden was uitgegaan van opleidingsniveau 2 en dat betrokkene niet aannemelijk had gemaakt dat hij de functies niet kon verrichten. De Raad vernietigde de aangevallen uitspraak voor zover deze betrekking had op het besluit van 2 maart 2011 en verklaarde het beroep tegen dit besluit ongegrond. Appellant werd veroordeeld in de proceskosten van betrokkene, die in totaal € 3.867,78 bedroegen.