ECLI:NL:CRVB:2014:444
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.W. Schuttel
- R.E. Bakker
- B.W.N. de Waard
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake verzekeringsplicht
Op 14 februari 2014 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan op een verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van de Raad van 29 juli 2010. Het verzoekster, een B.V., had verzocht om herziening van de uitspraak waarin de verzekeringsplicht van een werknemer, R.H. [naam A.], werd vastgesteld. De Centrale Raad oordeelde dat er geen nieuw feit of nieuwe omstandigheid was die herziening rechtvaardigde, zoals vereist door artikel 8:88 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in verbinding met artikel 21 van de Beroepswet. De Raad benadrukte dat het rechtsmiddel van herziening niet bedoeld is voor een hernieuwde discussie over de zaak, maar enkel voor het aanvoeren van nieuwe feiten die niet eerder bekend waren.
De zaak werd behandeld op de zitting van 13 december 2013, maar partijen zijn niet verschenen. De Raad heeft vastgesteld dat de eerdere uitspraak, waarin de rechtbank ’s-Gravenhage werd vernietigd, correct was en dat de verzekeringsplicht van [naam A.] terecht was aangenomen. Verzoekster betoogde dat de uitspraak was gebaseerd op onjuistheden, maar de Raad wees erop dat het verzoek om herziening enkel voortkwam uit onvrede over de eerdere uitspraak en niet op nieuwe feiten was gebaseerd.
De Centrale Raad van Beroep heeft het verzoek om herziening afgewezen en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter en de griffier.