ECLI:NL:CRVB:2014:4136
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de begeleiding door de Stichting Feuerstein in het kader van persoonsgebonden budget
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 10 december 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Holland. De zaak betreft de toekenning van een persoonsgebonden budget (pgb) aan betrokkene, die als gevolg van een hersenbloeding beperkingen ondervindt in zijn zelfredzaamheid. Het Zorgkantoor had eerder de verantwoording van het pgb afgekeurd voor de begeleiding door de Stichting Feuerstein, omdat deze begeleiding volgens hen niet voldeed aan de eisen van artikel 6 van het Besluit zorgaanspraken AWBZ (Bza). De rechtbank had in een eerdere uitspraak geoordeeld dat de begeleiding door Feuerstein wel als zodanig kon worden gekwalificeerd, maar het Zorgkantoor ging in hoger beroep tegen deze uitspraak.
De Raad heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat de activiteiten van de Feuerstein methode niet kunnen worden gekwalificeerd als begeleiding in de zin van artikel 6 van het Bza. De Raad baseert zich op eerdere uitspraken waarin is geoordeeld dat de Feuerstein methode gericht is op het verbeteren van het cognitieve vermogen van individuen, en niet op het ondersteunen bij of oefenen met vaardigheden of handelingen. Dit betekent dat de activiteiten van Feuerstein niet voldoen aan de criteria voor begeleiding zoals vastgelegd in de wet.
Uiteindelijk heeft de Raad het hoger beroep van het Zorgkantoor gegrond verklaard, de eerdere uitspraak van de rechtbank vernietigd en het beroep van betrokkene tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard. De Raad heeft geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten.